Proef met wapenstok voor BOA’s in januari van start in tien gemeenten

Vanaf uiterlijk januari krijgen start in tien Nederlandse gemeenten een proef waarbij boa’s in de openbare ruimte de beschikking krijgen over de korte wapenstok. Deze pilot zal worden uitgevoerd voor de duur van één jaar. De opgedane ervaringen en de evaluatie van de pilot dienen als input voor nieuwe regelgeving over bewapening en uitrusting van de boa’s.
 

De geselecteerde gemeenten voor deelname aan de pilot zijn: Alkmaar, Amsterdam, Capelle aan den IJssel, Hoorn, Leeuwarden, Valkenburg aan de Geul, Velsen, Zandvoort, Zoetermeer, Zuid West Friesland.
 
Bij de selectie voor deze pilot is o.a. gekozen voor een landelijke spreiding, waarbij rekening is gehouden met een verdeling over grootstedelijk gebied, middelgrote en kleine gemeenten/landelijk gebied waar boa`s nog niet de beschikking hebben (gehad) over de korte wapenstok.
 
Minister Grapperhaus:’ We vragen veel van onze boa’s. Zij verdienen onze waardering, maar ze verdienen het ook om voorzien te worden van voldoende middelen in het kader van hun veiligheid. Met deze pilot komen we tegemoet aan een wens die al langer leeft. Dit middel kan o.a. door de mogelijke preventieve werking ervan de veiligheid van de boa vergroten.
 
Vanzelfsprekend geldt dat de boa’s die deelnemen moeten voldoen aan de vereiste opleiding en training. Voordat in de geselecteerde gemeenten daadwerkelijk gestart kan worden met de uitvoering van de pilot, moeten de boa’s starten met (aanvullende) opleiding en training met de korte wapenstok. De evaluatie van de pilot zal worden uitgevoerd door het WODC. Los daarvan zal gedurende de looptijd van de pilot een begeleidingsgroep de voortgang van de pilot monitoren en waar nodig als vraagbaak (voor gemeenten) fungeren.
 
Het ministerie van JenV werkt aan een wetsvoorstel zodat er duidelijke regels over de bewapening en uitrusting van boa’s zijn. Het wetsvoorstel zal naar verwachting medio 2021 ter advisering worden aangeboden aan de Raad van State, waarna het voorstel aan de Tweede Kamer zal worden voorgelegd.