Eenvoudige en duidelijke regels bescherming plant en dier

22-08-2012 - De regels voor de bescherming van in het wild levende dieren en planten, Natura 2000-gebieden en voor de bossen worden eenvoudiger en duidelijker.
'Op basis van intensief overleg met natuurorganisaties begin dit jaar en op basis van het advies van de Raad van State ligt er een evenwichtig wetsvoorstel Natuurbescherming', aldus staatssecretaris Bleker van Economische Zaken, Landbouw en Innovatie. Centraal in het wetsvoorstel Natuurbescherming staat de verbinding tussen natuur en economie. De ministerraad heeft op voorstel van staatssecretaris Bleker ingestemd met het voorstel dat naar de Tweede Kamer wordt gestuurd.
De Wet Natuurbescherming voegt Natuurbeschermingswet, de Flora- en Faunawet en de Boswet samen waardoor het voor de burgers en ondernemers duidelijker en eenvoudiger wordt wat de regels zijn ten aanzien van de bescherming van natuur. Met deze wet worden nu in totaal 945 soorten planten en dieren in Nederland beschermd. Na de inspraakrondes is besloten de bescherming van 145 inheemse planten en dieren beter te regelen dan de, in het ontwerpvoorstel opgenomen, zorgplicht.
Het wetsvoorstel regelt dat de jacht alleen nog planmatig en streekgebonden mag zijn. Dat betekent dat de jacht alleen nog mag worden gehouden op basis van een ‘afschotplan’ en dat de jagers deel moeten uitmaken van een locale wildbeheereenheid.
Het wetsvoorstel geeft de staatssecretaris van EL&I de bevoegdheid om voor eenvoudige activiteiten (bijvoorbeeld reguliere onderhoudswerkzaamheden) een meldplicht in te voeren. Voor activiteiten waar een vergunning nodig blijft, moet die binnen 13 weken worden gegeven. Is er niet binnen die termijn besloten dan is er automatisch de vergunning verleend, tenzij expliciet ander is besloten door het bevoegd gezag. Voor projecten met mogelijk grote schade aan natuur blijft de huidige vergunningplicht gelden. Deze, ten opzichte van het ontwerpvoorstel aangepaste, systematiek komt tegemoet aan opmerkingen van de Raad van State en van natuurorganisaties, ondernemers en provincies. Omdat elke locale situatie anders is en om maatwerk vraagt, zullen ondernemers, gemeenten en provincies worden ondersteund bij het toepassen van de wet.
Verder zorgt het voorstel voor decentralisatie van natuurtaken en bevoegdheden vanuit de rijksoverheid naar de provincies. Hierbij gaat het bijvoorbeeld om het verlenen van een ontheffing voor ruimtelijke ingrepen die schadelijk zijn voor beschermde planten of dieren. Ook gaan de provincies verzoeken om schade afhandelen die is veroorzaakt door beschermde dieren. De decentrale overheden zijn verantwoordelijk voor de ruimtelijke bescherming van de Ecologische Hoofdstructuur.
Door de vereenvoudiging van de vergunningverlening nemen de administratieve lasten voor burgers en ondernemers met €1,3 miljoen af.
Bron: EL&I